Dagelijks archief: maart 28, 2007

Wie schrijft die blijft – Virginia Woolf

woolf_v.jpg
Op 28 maart 1941 pleegde Virgina Woolf zelfmoord door haar zakken te vullen met stenen en zich te verdrinken in de rivier de Ouse dicht bij haar huis in Sussex. In een brief aan haar echtgenoot schreef ze het volgende:

I feel certain that I am going mad again. I feel we can’t go through another of those terrible times. And I shan’t recover this time. I begin to hear voices, and I can’t concentrate. So I am doing what seems the best thing to do. You have given me the greatest possible happiness. You have been in every way all that anyone could be. I don’t think two people could have been happier till this terrible disease came. I can’t fight any longer. I know that I am spoiling your life, that without me you could work. And you will I know. You see I can’t even write this properly. I can’t read. What I want to say is I owe all the happiness of my life to you. You have been entirely patient with me and incredibly good. I want to say that — everybody knows it. If anybody could have saved me it would have been you. Everything has gone from me but the certainty of your goodness. I can’t go on spoiling your life any longer.

Virginia Woolf (1882-1941)was een Brits schrijfster en feministe. In de periode tussen de twee Wereldoorlogen was Woolf een belangrijk persoon in het literaire leven van Londen. Haar werk kan omschreven worden als experimenteel en impressionistisch. Ze werd vooral bekend door de romans Mrs. Dalloway en To the Lighthouse. In haar essay A Room of One’s Own kwam ze op voor de rechten van de vrouw.

Bron: Wikipedia

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Citaten, Klassiekers

Het geschonden geweten – Deel 2 Citaten

Tweede deel – Hoofdstuk 1

De priester op de vlucht voor de soldaten in het dorpje waar Maria woont met zijn onwettige dochter Brigida
Vooruit, ga naar binnen. Ga op het bed liggen’. Ze had waarschijnlijk iets in de zin – vrouwen waren ongelofelijk praktisch; ze wisten onmiddellijk nieuwe plannen te maken uit de puinhopen van de vorige.

Uit alle hutten kwamen de dorpelingen met tegenzin naar buiten – de kinderen voorop: zij waren alleen nieuwsgierig en niet bang. De mannen en vrouwen liepen er bij als mensen die al veroordeeld waren door het gezag – want het gezag had altijd gelijk.

‘En gesteld dat u wordt doorgeschoten’, zei ze. ‘Dan wordt u dus een martelaar, niet? Een mooi soort van martelaar! Daarom alleen al zouden de mensen met het geloof gaan spotten’.

Wordt vervolgd…

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Boeken, Klassiekers