Zo te horen gaan we een nogal stormachtige nacht tegemoet; ik vond een voor mij althans passend citaat:
‘The wise man in the storm prays to God, not for safety from danger, but deliverance from fear.’
– Ralph Waldo Emerson(1903-1882)
Zo te horen gaan we een nogal stormachtige nacht tegemoet; ik vond een voor mij althans passend citaat:
‘The wise man in the storm prays to God, not for safety from danger, but deliverance from fear.’
– Ralph Waldo Emerson(1903-1882)
Het lijkt toch wel erg besmettelijk te zijn – dat griepje!
Gisteren voelde ik me reeds verschrikkelijk moe en lusteloos maar had het druk en sloeg er geen acht op.Ik had Spaanse les bij mij in de voormiddag en in de namiddag moest ik naar het ziekenhuis voor een mammografie. Niet dat er iets aan de hand is maar ik had een oproepbrief gekregen naar aanleiding van het tweejaarlijkse preventief borstkankeronderzoek…
Deze morgen ben ik opgestaan met keelpijn, bonzend hoofd, ledematen die aanvoelen alsof ik gisteren in een knokpartij gezeten heb, daarenboven kan ik mijn ogen amper openhouden. Het ziet er dus naar uit dat de ‘heer des huizes’ zijn griepje mooi doorgegeven heeft!
Moest het hier enkele dagen wat stilletjes zijn dan weten jullie wat de reden daarvoor is. Nu slof ik maar weer naar beneden en kruip in de gemakkelijke zetel… alwaar ik me zal overgeven aan die dodelijke vermoeidheid!
Opgeslagen onder Leven
Lamium purpureum paarse dovenetel
staat in de zwarte tuin en bloeit
staat aan een voorjaar van water
vergeten een hard verleden.
Wind uit het zuiden plotseling zichtbaar
het nieuwe gras plotseling horen
de vogels zwermen laag over
herkennend hun nesten en holen.
Niet weggeweest uit uw tuin beminde
de winters als sneeuw gesmolten
zwijgzaam geweten de purperen netel
teder de taal van vriendschap.
Aleidis Dierick 1932-
uit: Gedichten voor een man
Orion/Gotmer, Brugge/Nijmegen,1978
Een pendelcrèche is een crèche vlak bij een station.
In Charleroi heeft de NMBS er een geopend in het station zelf. De stad Gent wil dit jaar in samenwerking met een Gents ziekenhuis een pendelcrèche openen. De helft van de opvangplaatsen zal worden gereserveerd voor kinderen van pendelaars.
Bron: Taallink e-zine 119
Na de talrijke reacties over het al dan niet schijnen van dat lentezonnetje is een korte update niet misplaatst. Voor de gelegenheid mag zelfs het rozebrillogootje van Menck er nog eens bij want ik wil niet overkomen als een ‘zwartkijker’ 😉
Sedert deze morgen vroeg schijnt het zonnetje naar hartelust, aanvankelijke met mooie blauwe lucht, nu eerder afwisselend met bewolkte periodes maar het is een mooie lentedag met temperaturen tot 12° in de schaduw aan de oostkant van het huis.
Ook Chelone maakte mij in een reactie attent op het veranderende vogelgedrag en het eerste paddenconcert van het jaar. Wat de vogels betreft – dat was mij niet ontgaan – maar in de buurt hebben we geen padden. Ik wacht wel op het gekwaak van de kikkers uit de vijvertjes bij de buren… En inderdaad, het venster mag weer open 🙂
Opgeslagen onder Actueel
Weerman Frank had ons een allerzaligste heerlijke superzachte mooie lentedag beloofd!
Waar blijft die zon? Deze morgen om 7u30 was het grijs, grijs, grijs… Wat later zat er precies een gat in dat eeuwige grijs, maar het bleef niet duren. Ik dacht – geduld is een mooie deugd – en dat is ook zo, maar om 12u was het nog altijd grijs en niet lentezacht zoals voorspeld!
Nu is het 13u35; de zon doet verwoede pogingen om het ‘grijs’ te verdrijven en er waait nog steeds een frisse bries. Ik zit wel eens graag met ‘mijn kop in de wolken’ maar dat moet niet per se letterlijk genomen te worden en het mag ook niet te lang duren!
Hoe zit het bij jullie met Laura?
’t Wordt al sterre dat men ziet
in dat hoog en blauw verschiet daar,
blijde sterren, anders niet,
in dat hoog en blauw verschiet.
’t Wordt hier altijd al verdriet,
van dat oude zwart verdriet daar,
’t wordt hier altijd anders niet
als dat oud en zwart verdriet.
Laat mij, laat mij, in ’t verdriet,
vliegen naar dat hoog verschiet daar,
waar men al die sterren ziet,
al die sterren… anders niet.
Guido Gezelle 1860
Opgeslagen onder Poëzie
For a couple years I’ve been blaming it on lack of sleep and too much pressure from my job, but now I found out the real reason:
I’m tired because I’m overworked. The population of this country is 237 million. 104 million are retired. That leaves 133 million to do the work. There are 85 million in school, which leaves 48 million to do the work. Of this there are 29 million employed by the federal government, leaving 19 million to do the work. 2.8 million are in the Armed Forces, which leaves 16.2 million to do the work. Take from the total the 14,800,000 people who work for State and City Governments and that leaves 1.4 million to do the work. At any given time there are 188,000 people in hospitals, leaving 1,212,000 to do the work. Now, there are 1,211,998 people in prisons. That leaves just two people to do the work. You and me. And you’re sitting at your computer reading jokes! |
|
Ik wil nu nog even naar buiten,
Daar waar de vogeltjes fluiten.
De winter is voorbij.
De lente zo nabij.
‘k Moet dringend wassen mijn ruiten…
*****
Laten we gul zijn met een lach,
Iedereen lief een goeiedag.
Het kost geen geld.
Is vlug besteld…
Doe dus nu iets aan jouw gedrag…
*****
Waar je ook gaat, blijf wie je bent.
Leraar, pastoor of dirigent…
Eerlijk zijn is een plicht.
Verlies nooit je gezicht.
Anders ben je maar een broekvent.
-Lila
Marc groet ’s morgens de dingen
Dag ventje op de fiets
op de vaas met de bloem
ploem ploem
dag stoel naast de tafel
dag brood op de tafel
dag visseke-vis met de pijp
en dag visseke-vis met de pet
pet en pijp van het visseke-
vis goeiendag
Daa-ag vis dag lieve vis
dag klein visselijn mijn
-Paul van Ostaijen
Opgeslagen onder Poëzie
‘The most noteworthy thing about gardeners is that they are always optimistic, always enterprising, and never satisfied. They always look forward to doing something better than they have ever done before.’
-Vita Sackville-West
De Nederlandse tekenaar Dick Matena heeft de roman Kaas van Willem Elsschot verstript.
Eerder bewerkte hij De Avonden van Gerard Reve tot een stripverhaal. Verstripping is niet nieuw. In de jaren vijftig verschenen er al literaire titels in stripvorm in de Illustrated Classics-reeks en er zijn ook heel wat strips gemaakt op basis van films. Hoewel het verstrippen van bestaande verhalen dus geen nieuw fenomeen is, heeft het werkwoord het woordenboek nog niet gehaald.
Bron: Taallink 118 e-zine
Opgeslagen onder Actueel, Nederlandse literatuur, Taal, Taaltips
Mussen
Dapper strijen de mussen tussen
‘t hout, dat op de bomen staat;
eer ze, legsgezinden, vinden
elke musse heur medemaat.
Neerstig dan aan ’t nesten vesten,
zijn ze, en met hun vogeltee’n
doen ze haarkes, hooikes, strooikes
tot een keurig nestje ineen.
t Wiegske klaar, zo vallen ze allen stille;
en, na geen lang verbei,
thuisgebrocht van aver taver,
ligt in eiken nest een ei.
Nog een, nog een, nog een…
och een mussennest halfvol, zo ‘k zie;
en dat worden mussen, tussen
hier en nog een weke of drie.
-GUIDO GEZELLE
Aver taver: zoals van voorouder tot voorouder.
Ik ben een jong meisje van tien, met een vader en een moeder, met broers en zusters die van elkaar houden.
Een bruid van twintig ben ik en mijn hart springt op als ik denk aan de belofte die ik deed.
Vijfentwintig ben ik, en ik heb zelf kinderen die me nodig hebben om een veilig, gelukkig huis te bouwen.
Een vrouw van dertig ben ik en de kleintjes worden snel groot, verbonden door banden die zullen blijven.
Veertig ben ik. Mijn zoontjes zijn volwassen geworden en uitgevlogen. Maar mijn man is bij me om te zorgen dat ik niet treur.
Vijftig ben ik – en weer spelen er kinderen op mijn schoot.
Dan komen de donkere dagen. Mijn man is dood. Ik kijk naar de toekomst en ik huiver van angst. Want mijn kinderen hebben nu zelf een gezin. Ik denk aan de jaren van liefde die ik kende.
Nu ben ik een oude vrouw.
De tijd is wreed. Het is een grap van de tijd, ouderen er als dwazen te laten uitzien.
Mijn lichaam is vervallen, gratie en kracht zijn verdwenen.
En er zit nu een steen op de plaats waar ik ooit een hart had.
Maar… binnen in dat oude karkas woont toch nog dat jonge meisje.
Soms klopt mijn oude hart wat sneller.
Ik herinner me de vreugde en de pijn.
Ik heb weer lief. Ik leef mijn leven opnieuw.
Ik denk aan de jaren die voorbij zijn, te snel vervlogen, en ik accepteer de harde waarheid dat niets kan duren.
Doe je ogen open, zuster, en kijk.
Niet naar die kribbige oude vrouw.
Kijk eens goed, zuster.
Kijk eens naar… mij.”
Bron: www.verhalen. org
Opgeslagen onder Leven, Nederlandse literatuur, Varia
In any moment of decision, the best thing you can do is the right thing. The worst thing you can do is nothing
-Theodore Roosevelt
Opgeslagen onder Citaten
Ik kreeg een paar weken terug een fotostokje toegeworpen van Chelone. Aangezien mijn foto’s uit de ‘oude doos’ echt oud zijn stonden die op niet mijn pc. Daarvoor heb ik mijn dochter Katelijne aangesproken om ze te scannen en deze avond vond ik ze in mijn mailbox.
Daar gaan we dan!
Foto 1 – Viergeslacht
Ikzelf, 3 maanden oud (1951) op de arm van mijn moeder, daarnaast bonne-maman en overgrootmoeder ‘mère’. Jullie raden het al, ik heb een beetje Frans bloed in mijn aderen…
Foto 2 en 3 – Op de leeftijd van 2-3 jaar (1953-1954)
Foto 4 – 22 lentes
Verloving in november 1973 in de periode van de autoloze zondagen. De datum van de verloving stemt niet overeen met de datum die gegraveerd staat in mijn verlovingsring. Op 5 april 1974 zijn we dan gehuwd en dat zijn we nog steeds…
Normaal gezien zou ik dat stokje nu moeten doorgeven – ik gooi het weg als een bruidsboeket; wie vangt het?
De Belgische federale overheid heeft besloten om op een beperkt aantal trajecten proefprojecten met supertrucks toe te staan.
Supertrucks zijn supergrote trucks. Ze zijn zo’n 25 meter lang – een derde langer dan de vrachtwagens die nu in België mogen rondrijden – en hebben een laadvermogen van 60 ton.
Een andere benaming voor supertruck is LZV (langere en zwaardere vrachtwagencombinatie). Omdat ze volgens sommigen milieuvriendelijker zijn, worden ze ook wel eens ecocombi’s genoemd.
Bron: Taallink 117