In deze maand, naar een oude sage,
Bevinden zich tien zomerse dagen.
Die redenatie is vrij dom,
En feitelijk slechts een rekensom.
Want een en twintig, welbekend
Is officieel het winterend.
Maar d’eerste dagen, menig keer
Verschaffen stralend zonnig weer.
Daarna is het zeer wispelturig;
Een mixtum-neerslag valt gedurig.
Soms wordt de kou weer scherp geslepen;
De wolken drijven rond als schepen.
De zon wel lekker, koud om een hoekje;
Men wordt verkouden als een snoekje.
Men denkt: “nu is de winter henen”;
Daar vallen fikse hagelstenen.
Soms ziet men ’t eerste groen verschijnen;
O ! als dit maar niet moet verkwijnen.
Wat voorts de maand van Maart ons biedt,
Dat is het katten-minnelied.
(P. de Haas)
Nou en of, een witte Pasen!
Sterren op de ruiten en met een dikke winterjas naar buiten 😉
Groetjes,
Lillylauma
Mijn moeder zei dat vroeger ook. “Februari geeft altijd 2 zonnige dagen, zei ze, en maart geeft er 10.”
Dat van februari komt meestal uit. Dat van maart daarentegen…